Dit blog...

Welkom op de website van Dini Commandeur. Als columniste heeft Dini een flink aantal columns voor verschillende bladen geschreven. Daarnaast schrijft Dini af en toe korte verhalen. Deze columns en verhalen zijn op deze website beschikbaar voor iedereen. Periodiek worden hier ook de nieuwste columns en verhalen gepubliceerd.

Archieven

01 Jan - 31 Dec 2023
01 Jan - 31 Dec 2022
01 Jan - 31 Dec 2021
01 Jan - 31 Dec 2020
01 Jan - 31 Dec 2019
01 Jan - 31 Dec 2018
01 Jan - 31 Dec 2017
01 Jan - 31 Dec 2016
01 Jan - 31 Dec 2015
01 Jan - 31 Dec 2014
01 Jan - 31 Dec 2013
01 Jan - 31 Dec 2012
01 Jan - 31 Dec 2011
01 Jan - 31 Dec 2010
01 Jan - 31 Dec 2009
01 Jan - 31 Dec 2008
01 Jan - 31 Dec 2007
01 Jan - 31 Dec 2006
01 Jan - 31 Dec 2005
01 Jan - 31 Dec 2004
01 Jan - 31 Dec 2003
01 Jan - 31 Dec 2002
01 Jan - 31 Dec 2001
01 Jan - 31 Dec 2000
01 Jan - 31 Dec 1999
01 Jan - 31 Dec 1998
01 Jan - 31 Dec 1997
01 Jan - 31 Dec 1996
01 Jan - 31 Dec 1995
01 Jan - 31 Dec 1994
01 Jan - 31 Dec 1993
01 Jan - 31 Dec 1991
01 Jan - 31 Dec 1990
01 Jan - 31 Dec 20
01 Jan - 31 Dec 08
01 Jan - 31 Dec 00

E-mail

Mail

Links

dini's site in english
dini's site in dutch
Veel meer columns
en nog meer columns
Leeskring
B9-Literatuur
Schrijverspunt

Zoek!

Overig

Powered by Pivot - 1.40.7: 'Dreadwind' 
XML: RSS Feed 

« Zeurmoeders | Home | Een stakker die in he… »

Ruzie

Kinderopvang 2000 nummer 3 Zaterdag 25 Maart 2000

Doorgaans is het tijdens de oppasuren een vrolijke boel bij ons thuis. Want Denzel en Demi zijn blijmoedige kinderen die meest­al goed­gemutst door het leven gaan. Maar soms hebben ze de bokkenpruik op. Ze zijn namelijk aan het peuterpuberen, dat hoort nu eenmaal bij driejarigen. Vandaag is het zo'n dag.



Ze willen niet spelen, ze huilen om niks, ze maken ruzie en er vallen zelfs klappen. En dat wil ik dus niet heb­ben. Even ruzie heb­ben mag, maar elkaar slaan is streng verboden. Toen ze an­derhalf jaar waren had­den ze een poosje een slaan-periode, en dat probeerde ik ze af te leren. "Niet slaan, jullie moeten elkaar aaien," riep ik als ze er weer eens op los mep­ten. En warem­pel, op zeker moment leek mijn be­leid effect te sorteren. Zodra de een last van losse hand­jes kreeg, riep de ander dat er geaaid moest worden. En teder streelden ze dan elkaars wange­tjes en arm­pjes. Slaan was er niet meer bij. Maar nu zijn we dus terug bij af. "Je mag Denzel toch niet slaan, je moet hem immers aaien," zeg ik tegen Demi. Even kijkt ze me verbaasd aan. Dan daagt de herin­ne­ring. Met een gelaten zucht brengt ze een arm­pje omhoog en met een slap hand­je strijkt ze onver­schillig langs zijn wangen. Denzel onder­gaat het opge­dron­gen gebaar van affectie stoïcijns. Maar de ruzie is beslecht, ge­lukkig. "Wat zullen we gaan doen? Met de lego? Teke­nen? Play-mobil? Autootjes?"­ vraag ik. Denzel wil uiteinde­lijk wel met de autootjes spelen. Maar Demi heeft vandaag echt haar dag niet. Wat ik ook voorstel, niets is goed. "Zullen we met de blok­ken spe­len, De­mi?" "NEE! WIL IK NIET!" schreeuwt ze. "Boekje lezen dan?" "NEE! WIL IK NIET!" "Och popje, wat is er toch met je," zucht ik. "JIJ MAG NIET POPJE ZEGGEN!" "O, sorry." "JIJ MAG NIET SORRY ZEG­GEN!" "Goed schat, ik zal het niet meer doen," beloof ik. Ze kijkt me vuil aan, en doet er verder het zwijgen toe. Daar zitten we dan te niks­en. En het regent, dus we kunnen ook niet naar buiten. "Zullen we de beeldjes gaan poet­sen?" stel ik ten­slotte voor. In het reglement van het gast­ou­derbu­reau staat dat de gastou­der zo weinig moge­lijk huishou­de­lijk werk mag doen tij­dens de ­opvanguren. Maar nergens staat vermeld dat de gastkind­jes zélf niets huishoudelijks mogen doen. En ik zet ze weleens aan het werk. Want mijn bron­zen beeldjes af­stof­fen, dàt vinden ze toch zo leuk. Demi zegt dan ook ja, dat wil ze wel, beeldjes poet­sen. En Denzel wil ook meedoen. Ze krijgen elk een stof­doek, en ik haal de beeldjes uit de vitrinekast. Maar he­laas, prompt is er weer ruzie. Eerst om het moeder-en-kindbeeldje. Daarna om de kleine Boeddha, ter­wijl de bronzen Hindoe­god Shiva en zijn collega Ga­nesha driftig op de grond worden ge­gooid. Gegil en gekrijs klinkt door de kamer. Ik word er ture­luurs van. Het laatste redmiddel dan maar: Het zemen van de suite­deurramen. Elk aan een kant van het raam beginnen ze met voch­tige sponsjes over het glas te wrijven. Eerst nog met kwaaie kop­jes. Maar dan, ijverig het raam tussen hen in boe­nend, ­wint hun gevoel voor humor het. En ver­dwijnt hun boze bui en hoor ik voor het eerst deze dag hun schaterlach.

Dini Commandeur


 

Design and implementation by Focusys