Dit blog...

Welkom op de website van Dini Commandeur. Als columniste heeft Dini een flink aantal columns voor verschillende bladen geschreven. Daarnaast schrijft Dini af en toe korte verhalen. Deze columns en verhalen zijn op deze website beschikbaar voor iedereen. Periodiek worden hier ook de nieuwste columns en verhalen gepubliceerd.

Archieven

01 Jan - 31 Dec 2023
01 Jan - 31 Dec 2022
01 Jan - 31 Dec 2021
01 Jan - 31 Dec 2020
01 Jan - 31 Dec 2019
01 Jan - 31 Dec 2018
01 Jan - 31 Dec 2017
01 Jan - 31 Dec 2016
01 Jan - 31 Dec 2015
01 Jan - 31 Dec 2014
01 Jan - 31 Dec 2013
01 Jan - 31 Dec 2012
01 Jan - 31 Dec 2011
01 Jan - 31 Dec 2010
01 Jan - 31 Dec 2009
01 Jan - 31 Dec 2008
01 Jan - 31 Dec 2007
01 Jan - 31 Dec 2006
01 Jan - 31 Dec 2005
01 Jan - 31 Dec 2004
01 Jan - 31 Dec 2003
01 Jan - 31 Dec 2002
01 Jan - 31 Dec 2001
01 Jan - 31 Dec 2000
01 Jan - 31 Dec 1999
01 Jan - 31 Dec 1998
01 Jan - 31 Dec 1997
01 Jan - 31 Dec 1996
01 Jan - 31 Dec 1995
01 Jan - 31 Dec 1994
01 Jan - 31 Dec 1993
01 Jan - 31 Dec 1991
01 Jan - 31 Dec 1990
01 Jan - 31 Dec 20
01 Jan - 31 Dec 08
01 Jan - 31 Dec 00

E-mail

Mail

Links

dini's site in english
dini's site in dutch
Veel meer columns
en nog meer columns
Leeskring
B9-Literatuur
Schrijverspunt

Zoek!

Overig

Powered by Pivot - 1.40.7: 'Dreadwind' 
XML: RSS Feed 

« Buiten spelen | Home | Een brief uit Hondura… »

Baantje van niks

Kinderopvang 2000 nummer 5 Donderdag 25 Mei 2000 Laatst zei iemand tegen mij dat het gastouderschap maar een baantje van niks is. Die denigrerende opmerking maakte totaal geen indruk op mij. Het inte­resseert me name­lijk nauwelijks hoe anderen over mijn gastouderschap den­ken. Voor mij telt maar één ding: dat Demi, Denzel en ik op een prettige manier de oppasu­ren doorbrengen.

Vandaag, bijvoorbeeld, is het mooi wandelweer. Ik zet ze in de twee­lingwagen, we gaan naar de markt. Kaas en ba­naan­tjes kopen. En we moeten ook nog naar de slager en de bakker. Onder­weg is er veel te bekij­ken. We gaan via het park, waar kleu­ri­ge bloe­me­tjes in bloei staan. Die bestude­ren we met aan­dacht, tot we worden afge­leid door een zin­gend vogeltje. Waar is dat vrolij­ke zan­gertje? Hoog in de boom. "Daar zit-ie," wijst Demi. 't Is ge­nieten van deze natuurmuziek. Als stadsmen­sen horen wij tij­dens onze wandelingen door­gaans meer verkeerslawaai dan vogel­gezang. Daarom wordt er onder­weg door ons regel­matig over au­to's gede­bat­teerd. Ook nu, als we het park weer verla­ten, komt het ge­sprek op au­to's. Niet dat we daar veel ver­stand van heb­ben. De dis­cus­sies gaan er meestal over wat nu pre­cies een "stin­kie-stan­kie" auto is. Men kan een stin­kie-stankie auto ook ge­woon een stinkauto noe­men. Maar wij vinden het leuk som­mige voorwer­pen net even an­ders te betite­len, ook al zul je zo'n woord niet gauw in het Groene Boek­je tegenkomen. Een stin­kie-stan­kie auto is een dieselau­to. Ook nu walmt er weer zo'n ding voor­bij. "Bah," snuif ik wal­gend. Maar omdat dit een per­sonen­auto is, zegt Den­zel dat deze niet stinkt. Be­stel­bus­jes en na­tuurlijk stadsbus­sen, die stinken. "En een Re­nault-Twin­go dan?" vraag ik om Den­zel een beetje te pla­gen. Zijn ouders hebben pas zo'n wagentje gekocht, en Denzel zegt beledigd dat dat géén stin­kie-stan­kie auto is. Hij wijst naar een grote vracht­wagen die naast ons stopt. "Déze stinkt," zegt hij, pre­cies op het mo­ment dat de chauf­feur uit­stapt. Ik maak maar gauw dat ik met de kinde­ren wegkom want de chauf­feur lijkt zich aangespro­ken te voelen en kijkt niet vriende­lijk.

Op de markt geeft de mevrouw van de kaas­kraam Demi en Denzel een stukje kaas. Ik merk dat ze een beetje moe wor­den. Niet zo vreemd, want het is aan het eind van de ochtend. Ze worden wat jengelig en smeren balorig de rest van hun kaas in elkaars haar­tjes. "Willen jullie even liggen?" vraag ik, terwijl ik de kaas uit hun haar verwijder. Maar nee, dat wil­len ze niet. Ze willen wél een halve banaan. Als we daarna naar de slager gaan krijgen ze een plakje worst aangeboden, en even later bij de bakker een stukje stokbrood. Zo schar­relen we, in een vreem­de volgorde welis­waar, alvast een deel van de lunch bij el­kaar. Onderweg naar huis val­len ze in slaap. Voor­zich­tig laat ik de wagen in de ligstand zakken. En omdat de route weer via het park loopt, ga ik zelf even op een bankje zitten. Hier komen tenmin­ste geen stin­kie-stankie au­to's. Hier kunnen we nog een beetje gezonde lucht inademen. De kinderen slapend, en ik ge­nie­tend van het mooie weer, de bloe­men en het vogelgezang.

Wie zei ook weer dat het gastouderschap een baantje van niks is?



Dini Commandeur


 

Design and implementation by Focusys