Dit blog...

Welkom op de website van Dini Commandeur. Als columniste heeft Dini een flink aantal columns voor verschillende bladen geschreven. Daarnaast schrijft Dini af en toe korte verhalen. Deze columns en verhalen zijn op deze website beschikbaar voor iedereen. Periodiek worden hier ook de nieuwste columns en verhalen gepubliceerd.

Archieven

01 Jan - 31 Dec 2023
01 Jan - 31 Dec 2022
01 Jan - 31 Dec 2021
01 Jan - 31 Dec 2020
01 Jan - 31 Dec 2019
01 Jan - 31 Dec 2018
01 Jan - 31 Dec 2017
01 Jan - 31 Dec 2016
01 Jan - 31 Dec 2015
01 Jan - 31 Dec 2014
01 Jan - 31 Dec 2013
01 Jan - 31 Dec 2012
01 Jan - 31 Dec 2011
01 Jan - 31 Dec 2010
01 Jan - 31 Dec 2009
01 Jan - 31 Dec 2008
01 Jan - 31 Dec 2007
01 Jan - 31 Dec 2006
01 Jan - 31 Dec 2005
01 Jan - 31 Dec 2004
01 Jan - 31 Dec 2003
01 Jan - 31 Dec 2002
01 Jan - 31 Dec 2001
01 Jan - 31 Dec 2000
01 Jan - 31 Dec 1999
01 Jan - 31 Dec 1998
01 Jan - 31 Dec 1997
01 Jan - 31 Dec 1996
01 Jan - 31 Dec 1995
01 Jan - 31 Dec 1994
01 Jan - 31 Dec 1993
01 Jan - 31 Dec 1991
01 Jan - 31 Dec 1990
01 Jan - 31 Dec 20
01 Jan - 31 Dec 08
01 Jan - 31 Dec 00

E-mail

Mail

Links

dini's site in english
dini's site in dutch
Veel meer columns
en nog meer columns
Leeskring
B9-Literatuur
Schrijverspunt

Zoek!

Overig

Powered by Pivot - 1.40.7: 'Dreadwind' 
XML: RSS Feed 

« Tot alles is gezegd | Home | Achtenvijftig »

Remember: one, two, three: SMILE!

Dinsdag 28 December 2010 Terwijl ik via e-mail met een kennis aan het discussiëren ben over de zin van het bestaan, valt de post op de mat. En tussen de kerstkaarten die op de mat vallen, is ook weer buitenlandse post van mijn ‘penpals behind bars’. Daar is een brief van Jaime. Hij is geen correspondentievriend van me, maar ik heb hem ontmoet tijdens mijn laatste bezoek in een Amerikaanse gevangenis. Jaime is een langgestrafte gevangene en werkt vrijwillig als fotograaf voor ter doodveroordeelde gevangenen en hun bezoekers. Toen ik op bezoek was, viel me op dat hij, als hij geen fotoklanten had, graag mocht lezen. Hij las alle soorten boeken, vertelde hij me. En toen ik hem vroeg om zijn levensverhaal op te schrijven en naar me te sturen, zodat ik dat misschien op onze bemiddelingssite ‘Envelopes of Hope’ kon zetten, zei hij dat zijn verhaal een “unbelievable story” was. Net zoals dat van veel anderen in de gevangenis, voegde hij daaraan toe. Doodzonde dat zo’n aardige man het grootste deel van zijn leven in het gevang doorbrengt. Maar Jaime was goedgehumeurd en hij maakte er veel werk van zijn klantjes goed op de foto te zetten. Stonden we helemaal klaar voor de kiek, dan waarschuwde hij: “One, two, three: Smile.” Waren we niet tevreden, dan nam hij een nieuwe foto. Ik was eigenlijk nooit tevreden, maar dat telde niet, want Jaime zei dat hij nog nooit een dame had ontmoet die tevreden was met zichzelf. “Mijn hemel”, zei ik verbaasd toen hij ons de foto’s liet zien. “Het is alsof ik mijn moeder zie. Ik ga steeds meer op haar lijken.” En Jaime zei dat een dochter er trots op hoorde te zijn om op haar moeder te lijken. “That’s an honor.”

Zijn brief is een beknopte beschrijving van zijn leven, maar als ik meer wil weten hoef ik het maar te vragen. Veel contacten heeft hij niet. Hij heeft twee zoons, schrijft hij, maar die willen niets met een vader in de gevangenis te maken hebben. Dat kan hij begrijpen. Hij belt zijn moeder af en toe, zijn zus schrijft hem soms. “That’s all, ma’am.” ’s Nachts werkt hij in de keuken van de gevangenis en in het weekend zegt hij tegen mensen die op de foto willen: “One, two, three, smile.” Hij vindt zijn leven zinvol en is gelukkiger dan een aantal jaren geleden. Over acht jaar komt hij vrij. Die tijd is dus te overzien. Wat hem nu nog blijer zou maken, is iemand om mee te schrijven. Want een contact buiten de muren, iemand die de wereld binnen brengt, dat zou geweldig zijn. Hij hoopt dat ik iemand kan vinden die met hem wil corresponderen.

Jaime’s brief brengt me weer even terug in de bezoekzaal. De blije gezichten van de mannen die bezoek krijgen. Ik sta weer voor het raam van de bezoekzaal, samen met William, de man die ik bezoek. Hij wijst naar het gebouw van de langgestraften, net zoals hij een paar jaar geleden had gedaan. “Op een dag zal ik daar ook zijn, Dini. En als je dan op bezoek komt, kunnen we buiten zitten en in de tuin wandelen.” En net als eerder knik ik weer, en hoop voor hem dat zijn droom uitkomt.

Tussen de kerstpost ligt ook een brief van Henry, uit een dodencel in Mississippi. Hij schrijft dat hij eigenlijk door zijn beroepsmogelijkheden heen is, maar dat hij toch tot het einde door zal vechten. Hij schrijft: “Ik dacht altijd dat ik er vrede mee had. Maar ik ben veranderd. Ik ben tot de conclusie gekomen dat het leven het waard is om voor te vechten.”

Ik krijg ook een brief van David, de buurman van mijn voormalige penvriend George. George is dood. Omdat hij zwakbegaafd was, werd zijn doodstraf een paar maanden geleden omgezet in levenslang, maar hij wilde liever dood dan nog langer in de gevangenis te blijven. Dus hing hij zichzelf aan zijn lakens op. Voor hem had zijn bestaan geen zin meer, hij was klaar met het leven. David schrijft dat George is gecremeerd en dat zijn as in de rozentuin van zijn zus is verstrooid.

Een beschreven kerstkaart van Teddy. Zijn doodstraf is ook omgezet naar levenslang. Hij wacht al een poos op zijn overplaatsing naar de afdeling voor langgestraften, maar het vlot niet erg. Hij eindigt zijn brieven en kaarten meestal met “Enjoy your life”.

De brieven van mijn pen pals werpen een nieuw licht op die discussie die ik via e-mail met mijn kennis voerde. We hadden het over de zin van het leven. En we waren eigenlijk tot de conclusie gekomen dat het bestaan geen zin heeft. Je wordt geboren, je leeft je leven, als je geluk hebt heb je niet veel te klagen, en op een gegeven moment is het over. Maar of het bestaan zin heeft of niet, mijn kennis en ik waren het er wél over eens dat je moet proberen iets van je leven te maken.
Dan komt de post en word ik zonder dat zij zich daarvan bewust zijn op mijn vingers getikt door mijn penvrienden die al tientallen jaren in de gevangenis zitten. Het leven is het waard geleefd te worden, is de boodschap. Al dacht George daar dan anders over, hij had naar rust verlangd en er zelf voor gezorgd dat hij die kreeg.

Maar die anderen. De glanzende ogen van William, die naar het gebouw van de langgestraften kijkt en droomt dat hij ooit met zijn bezoek in de tuin kan lopen. Henry die zijn credo “I’m at peace with it” wat zijn doodstraf betreft overboord heeft gegooid en voor zijn bestaan blijft vechten. Teddy: “Enjoy life.” En tot slot Jaime die schrijft dat hij zoveel gelukkiger is dan vroeger. Hij houdt van zijn werk als fotograaf. “And I like smiles, because smiles are important, not only for photo’s. A smile can touch you. So remember: One, two, three, SMILE.”
 

Design and implementation by Focusys