Dit blog...

Welkom op de website van Dini Commandeur. Als columniste heeft Dini een flink aantal columns voor verschillende bladen geschreven. Daarnaast schrijft Dini af en toe korte verhalen. Deze columns en verhalen zijn op deze website beschikbaar voor iedereen. Periodiek worden hier ook de nieuwste columns en verhalen gepubliceerd.

Archieven

01 Jan - 31 Dec 2023
01 Jan - 31 Dec 2022
01 Jan - 31 Dec 2021
01 Jan - 31 Dec 2020
01 Jan - 31 Dec 2019
01 Jan - 31 Dec 2018
01 Jan - 31 Dec 2017
01 Jan - 31 Dec 2016
01 Jan - 31 Dec 2015
01 Jan - 31 Dec 2014
01 Jan - 31 Dec 2013
01 Jan - 31 Dec 2012
01 Jan - 31 Dec 2011
01 Jan - 31 Dec 2010
01 Jan - 31 Dec 2009
01 Jan - 31 Dec 2008
01 Jan - 31 Dec 2007
01 Jan - 31 Dec 2006
01 Jan - 31 Dec 2005
01 Jan - 31 Dec 2004
01 Jan - 31 Dec 2003
01 Jan - 31 Dec 2002
01 Jan - 31 Dec 2001
01 Jan - 31 Dec 2000
01 Jan - 31 Dec 1999
01 Jan - 31 Dec 1998
01 Jan - 31 Dec 1997
01 Jan - 31 Dec 1996
01 Jan - 31 Dec 1995
01 Jan - 31 Dec 1994
01 Jan - 31 Dec 1993
01 Jan - 31 Dec 1991
01 Jan - 31 Dec 1990
01 Jan - 31 Dec 20
01 Jan - 31 Dec 08
01 Jan - 31 Dec 00

E-mail

Mail

Links

dini's site in english
dini's site in dutch
Veel meer columns
en nog meer columns
Leeskring
B9-Literatuur
Schrijverspunt

Zoek!

Overig

Powered by Pivot - 1.40.7: 'Dreadwind' 
XML: RSS Feed 

« O, heerlijk Internet | Home | Leeuwarden... of all … »

Over Joshua, en de herkenbaarheid in columns

Interface 2005 nummer 3 Woensdag 15 Juni 2005 Op de afscheidsavond van de heer Offringa zei een van mijn lezeressen tegen mij dat ze herkenbaarheid zo leuk vond in columns. Ik knoopte dat onmiddellijk in mijn oren. En zat meteen met een dilemma. Want de wensen van mijn publiek zijn belangrijk voor me en dus wil ik best een stukje schrijven dat herkenbaar is.

Maar deze keer wilde ik eigenlijk ook schrijven over wat mijn jonge penvriend Sun laatst vertelde over het leven in Lard Yao, een beruchte gevangenis in Bangkok. En ik wilde vertellen over Joshua, een andere penvriend, die in Bangkwang Prison logeert. Met Joshua voer ik interessante discussies. Over het leven, over het geloof, ja we filosoferen er heel wat op los, Joshua en ik. Natuurlijk wordt er ook veel aandacht aan muziek besteed, want Joshua is musicus van beroep. Hij geeft in de gevangenis muziekles aan zijn medegevangenen. En verder geeft hij taallessen: Chinees, Thais en Engels. Zo probeert hij zijn kostje bij elkaar te scharrelen om niet altijd dat vieze gevangenisvoedsel te eten. (Eén keer daags een portie ongewassen bruine rijst, inclusief zand en steentjes, aangevuld met vissenkoppen: eet smakelijk.) Godsdienstlessen geef Joshua ook, met verve en met vuur. Hij maakt zijn leerlingen soms goed bang, en als ik dan schrijf dat hij geen hel en verdoemenis moet preken, maar liefde, licht en vergeving, antwoordt hij: “Dat doe ik ook wel Dini, maar ik moet ze soms bang maken. Anders gaan ze zo weer de fout in en ze moeten behoed worden voor hun zonden.” Ach, en dan bemoei ik me er maar niet meer mee, want wie ben ik om aan geloof te tornen? Hij heeft een zwaar leven, mijn penvriend Joshua, maar zijn motto is dat alles een begin en een eind heeft en dat ook slechte tijden voorbij gaan. “All has a beginning, all has an end.”

Laatst werd er bij mij een cassettebandje bezorgd, via een pater die in Thailand woont en de gevangenen bezoekt en helpt. Ik wist dat ik dat bandje zou krijgen, Joshua had het er al vaak over gehad. Hij had als leider van de gevangenisband de beschikking over een soort studio en muziekinstrumenten en had een “album” (een cassettebandje dus) gemaakt met gospelsongs. En hij wilde graag dat ik daar een exemplaar van zou krijgen. Na lange tijd werd dat bandje eindelijk bezorgd, en ontdekte ik dat ik toch wel een heel bijzonder cadeautje had gekregen. Hoewel ik zelf niet zo religieus ben, was ik onder de indruk van Joshua’s muziek. Het geloof en vertrouwen dat daar uitsprak… het deed me iets. Ik vond dat Joshua wel wat aandacht verdiende voor zijn werk, en gelukkig dacht de EO daar ook zo over. Een redactrice kwam me interviewen, en dat was leuk. Die microfoon onder mijn neus, de vragen, keurig en integer. Het was heel leuk om dit mee te maken en de redactrice vond het onderwerp zeer boeiend, want ook na het interview raakten wij maar niet uitgepraat. En ik was er heel blij om dat er tijdens de uitzending iets van Joshua’s muziek was te horen, een deel uit het lied “El Shaddai.”

Maar hoe leuk het interview ook was, iets van herkenning voor mijn lezerspubliek zal er waarschijnlijk niet in zitten. “Schrijf dan over deze avond,” zei de mevrouw die van herkenbaarheid in columns houdt. En ja, lezend over de avond van het afscheid van de heer Offringa zullen toch velen een gevoel van herkenning krijgen. Het was een mooie avond, vol verrassingen. En uiteraard goed van eten en drinken, maar bovenal gemoedelijk en gezellig. De toespraken waren zoals het hoort doorspekt met humor. Maar men stond ook stil bij het overlijden van een dierbare collega, en de verslagenheid was voelbaar.

De avond ging door, met handen schudden en het aanbieden van verrassende cadeaus. Er was lekkere luistermuziek en leuk om te zien was het line-dansen. Ik raak altijd een beetje vertederd als ik die dansers en danseressen in hun cowboykleren zie. Ik mag er graag naar kijken. Even terzijde: een vriendin van mij doet aan line dance, en ze vindt dat geweldig omdat je geen danspartner nodig hebt. Eerst ging ze naar stijldansen, maar als aardige weduwe-met-eigen-huis, werd ze belaagd door haar vrijgezelle danspartner die zichzelf als ideale huwelijkskandidaat zag. Zij zat echter niet te springen om die meneer, dus kocht ze een strakke spijkerbroek, kekke veterlaarsjes,een vlot ruitbloesje en ging op line dance. Want daar hoefde ze geen trouwlustige danspartner van zich af te slaan, aan haar lijf geen polonaise.

De polonaise ontbrak gelukkig ook op de avond van het afscheid, maar het gezamenlijk zingen van het lied “Bank of hope and glory” was mooi. En wat was het trouwens leuk om weer eens bekenden te zien, en gezellig met een generatiegenote over onze kinderen te babbelen.

De beste beschrijving voor deze avond is “mooi, gezellig en gemoedelijk”. Zo kan het dus ook in de bankwereld. Of misschien alleen bij Friesland Bank?

Maar ook aan een leuke avond komt een eind, en op weg naar de garderobe passeerden we de tafels met hapjes. Er was nog meer dan genoeg. Vooral veel zoute haringen lagen te lonken om genuttigd te worden. En ik dacht aan Joshua, aan zijn “stinky rice” met vissenkoppen…

Even later liepen we over de rode loper het zachte lenteweer in, terwijl een paar heren van de beveiliging ons vriendelijk goedenavond wensten..

Dini Commandeur


 

Design and implementation by Focusys