Week van de poëzie: Variaties op De tuinman en de dood
Dinsdag 28 Januari 2014De week van de poëzie is van start gegaan, en daarom enkele ironische persiflages van het beroemde gedicht 'De tuinman en de dood.' Variaties waarmee men alle kanten op kan, maar uiteindelijk heeft De Meester het laatste woord.
De tuinman en de dood
Een Perzisch Edelman:
Van morgen ijlt mijn tuinman, wit van schrik,
Mijn woning in: "Heer, Heer, één ogenblik!
Ginds, in de rooshof, snoeide ik loot na loot,
Toen keek ik achter mij. Daar stond de Dood.
Ik schrok, en haastte mij langs de andere kant,
Maar zag nog juist de dreiging van zijn hand.
Meester, uw paard, en laat mij spoorslags gaan,
Voor de avond nog bereik ik Ispahaan!" -
Van middag (lang reeds was hij heengespoed)
Heb ik in 't cederpark de Dood ontmoet.
"Waarom," zo vraag ik, want hij wacht en zwijgt,
"Hebt gij van morgen vroeg mijn knecht gedreigd?"
Glimlachend antwoordt hij: "Geen dreiging was 't,
Waarvoor uw tuinman vlood. Ik was verrast,
Toen 'k 's morgens hier nog stil aan 't werk zag staan,
Die 'k 's avonds halen moest in Ispahaan."
P.N. van Eyck
(uit: Verzameld Werk van P.N. van Eyck (1887-1954) Gedichten.nl)
Variatie 1.
De dood en de tuinman
‘Ja,’ zei de dood, ‘ik heb het ook gelezen:
P.N. van Eyck, de tuinman en de dood.
De tuinman die zijn noodlot niet ontvlood
Doordat hij vluchtte waar ik ook moest wezen.
Toen kon je nog voor iemand in zijn nood
De vrees voor de verdoemenis ontvlezen
En zo hem van zijn zenuwen genezen.
Maar tegenwoordig werk ik in het groot.
Bij stoeten haal ik blozend haast van schaamte
Mensen en kinderen zo ondervoed
Dat ik gewoonweg twee keer kijken moet.
Zo mager zie je zelden een geraamte.
Ze voelen al geen angst meer en geen pijn.
Ha, denken ze, daar heb je dikke Hein.’
Kees Stip
Een parodie op De tuinman en de dood van P.N. van Eyck.
Uit: Au! De rozen bloeien; sonnetten van bedreigd geluk, 1983. http://4umi.com/stip
Variatie 2.
Een Friese stempelaar
Vanmorgen ijlt een rijder, wit van schrik,
Mijn hokje in: 'Mijnheer, één ogenblik!
Ginds op de trekvaart gleed ik nog zo mooi.
Toen keek ik onder mij: daar was de Dooi.
Ik schrok en haastte mij naar de andere kant,
Daar kluunde ik een tijdje door het zand.
Geef mij uw stempel, een stuk touw en ook een priem,
Voor de avond nog bereik ik Bartlehiem!' -
Vanmiddag (lang reeds was hij heen gespoed)
Heb ik in 't stempelhok de Dooi ontmoet.
'Waarom', zo vraag ik, wijl het water stijgt,
'Hebt gij vanmorgen reeds de tocht bedreigd?'
Glimlachend antwoordt hij: 'Geen bedreiging was 't,
Waarvoor uw rijder vlood. Ik was verrast,
Toen ik vanmorgen in uw hokje heb gezien
Die ik des avonds halen moest in Bartlehiem.'
P. de Weerd
Een parodie op P.N. van Eycks 'De tuinman en de dood' uit Associatief 2001. Gedichten.nl
Variatie 3.
De Meester Sprak!
(zeer vrij naar P.N. Van Eyck)
Ik wou een afspraak met de Dood
maar die is richting Ispahaan
een tuinman achterna gegaan
die, voor wat ik zo wilde vlood
hoezeer ik ook mijn leven bood
er was geen overtuigen aan
hij plaatste mij zelfs achteraan
de bleke had aan mij geen nood
ik vroeg hem waarom ik dan niet
en hij, die niet wil, dan weer wel
verdwijnen mag uit deze hel
terwijl hij zijn bureau verliet
riep hij: “Hier discuteert men niet
IK bepaal de regels van het spel!”
© bert deben
Antwerpen, donderdag 24 maart 1994.
http://bertdeben.blogspot.be/2012/06/ode-aan-de-tuinman-en-de-dood-pn-van.html